Samenwerkende partijen:
en sympathisanten van:

Klimaat-tips | UPDATE 1

01/11/2021, 11:20

Het klimaat gaat ons allemaal aan.Iedereen kan verschil maken.
Wachten tot een ander iets doet, heeft nog nooit gewerkt.
Terwijl de landen momenteel in Glasgow zoeken naar een balans tussen economische groei en het voorkomen van een (te snelle) opwarming van de aarde
kunnen wij in onze eigen situatie onze eigen bijdrage leveren.
In het nieuwe verkiezingsprogramma van Sociaal Links besteden we daar veel aandacht aan.

Milieu-centraal geeft je alvast een twaalftal nuttige tips.
wij geven ze graag aan je door:

1. Douche maximaal 5 minuten

Met een douchecoach (klein digitaal klokje), zandloper of kookwekker houd je simpel je douchetijd in de gaten. Hoe gebruik je hem?

  • Hou 1 keer bij hoe lang je normaal doucht.
  • Zet de wekker of timer voortaan op 5 minuten.
  • Stap onder de douche vandaan als je tijd voorbij is.

Douche je graag met een muziekje? Kies een nummer dat zo’n 5 minuten duurt.

2. Gebruik een spaardouchekop

Een waterbesparende douchekop laat 7 liter water per minuut door, een gewone douchekop 10 liter of meer. Wil je checken wat voor douchekop jij hebt?

  • Pak een stopwatch (bijvoorbeeld die op je telefoon) en een emmer van 10 liter.
  • Zet de douche aan en wacht tot het water op douchetemperatuur is.
  • Zet de emmer onder de douche en de stopwatch aan.
  • Druk na 1 minuut op stop.
  • Zit er 7 liter water in de emmer? Dan heb je een waterbesparende douchekop. Is de emmer vol of overstroomd? Dan heb je géén spaardouche

3. Doe deuren in huis dicht

Door open deuren verdwijnt veel warmte naar plekken waar je niet bent, zoals de gang, het trapgat en de bovenverdieping. Met een deurveer of deurdranger gaat een deur vanzelf dicht. Zo houd je de warmte in de kamer waar jij bent. Begin met de deur tussen de woonkamer en de gang (of hal) en met deuren die vaak open blijven staan.

4. Thermostaat op 19 of 20 graden

Als je thuis bezig bent, is 19 graden vaak warm genoeg. Zit je lekker op de bank, zet hem dan op 20.

Handig: klokthermostaat voor de woonkamer

Met een klokthermostaat kun de verwarming in de woonkamer programmeren: je stelt in wanneer hij aan- en uitgaat. Je hoeft dan nergens meer aan te denken, behalve als je iets anders doet dan normaal: dan zet je de thermostaat met de hand hoger of lager.
Helemaal handig is een slimme thermostaat: die merkt het bijvoorbeeld als er een tijdje niemand in de kamer is en zet de verwarming dan automatisch laag.

Thermostaatknoppen voor andere kamers

Met een thermostaatknop op de radiator kun je de temperatuur per kamer regelen. Dat is bijvoorbeeld handig voor een dichte keuken, badkamer, werkkamer en slaapkamer. De knop heeft een aantal standen van 0 tot 5. Hij komt in de plaats van de standaardknop die alleen open en dicht kan, en kost zo’n 5 euro meer. Maar dat verdien je snel terug doordat je gas bespaart.

5. ’s Nachts verwarming laag

’s Nachts kun je de thermostaat op 15 graden zetten: dat is zuiniger dan de woonkamer de hele nacht warm houden. Heb je vloerverwarming? Zet de thermostaat dan op 17 of 18 graden (anders duurt het opwarmen erg lang).

Klokthermostaat instellen

  • Ga je meestal rond dezelfde tijd naar bed? Programmeer de thermostaat zo dat de verwarming een uur voor je gaat slapen uitgaat en een kwartier voor je opstaat weer aanslaat.
  • Je kunt per dag andere tijden instellen (bijvoorbeeld voor het weekend).
  • Ga je een keer vroeg naar bed? Zet de verwarming dan met de hand lager.
  • Heb je geen klokthermostaat of wisselt het hoe laat je naar bed gaat?
    • Zet een herinnering (met alarm) in je telefoon.
    • Plak een briefje op de slaapkamerdeur met ‘verwarming lager’.

6. Draai ledlampen in

Ledlampen gebruiken 85% minder stroom dan gloeilampen en 75% minder dan halogeenlampen. Wacht niet tot een gloeilamp of halogeenlamp kapot is, maar vervang ze meteen.

  • Vervang eerst de lampen die je het vaakst aan hebt en de meeste Watt hebben. Vaak zijn dat de lampen in de keuken, woonkamer en badkamer.
  • Een ledlamp is wel duurder, maar gaat ook 15 keer langer mee dan een gloeilamp. Je moet de prijs van 1 ledlamp dus vergelijken met die van 15 gloeilampen. En een ledlamp gebruikt bovendien veel minder stroom: je verdient hem dus terug.

7. Was op 30 of 40 graden

Was niet heter dan op 30 of 40 graden: bijna alle was wordt bij deze temperaturen schoon. En wacht met wassen tot je een trommel vol hebt: de machine hoeft dan minder vaak te draaien. Hoe zorg je dat de wasmachine goed vol zit?

  • Kijk in de gebruiksaanwijzing hoeveel kilo er in de trommel mag (vaak is dat 6 of 7 kilo).
  • Weeg de lege wasmand. Slimmigheidje: ga met wasmand en al op de weegschaal staan. Onthoud het gewicht of schrijf het op.
  • Doe de vieze was in de wasmand en weeg nog een keer. Is het verschil met de vorige stap 6 of 7 kilo, dan kun je gaan wassen.
  • Meestal kan er meer in de machine dan je denkt: proppen mag!

Soms op 60 graden wassen

  • Was lakens en handdoeken af en toe op 60 graden: daarmee was je meteen alle bacteriën en vetresten die in de trommel zijn achtergebleven weg. Vuistregel: draai eens per 20 keer een was op 60 graden.
  • Vaatdoekjes en babykleertjes kun je het beste altijd op 60 graden wassen.
  • 60 graden is ook nodig als je een besmettelijke ziekte hebt of allergisch bent voor huisstofmijt.

8. Hang je was op

De wasdroger slurpt energie: hang de was dus zo vaak mogelijk aan de lijn of op een rek te drogen.

  • Weinig ruimte? Koop een rek dat in het trapgat past.
  • Voor kleine dingen als sokken en ondergoed is een rek dat je aan de verwarming kunt hangen handig.
  • Mooi weer? Hang de was buiten op.
  • Binnen drogen? Zet een raampje of luchtrooster open zodat het vocht weg kan.

9. Vaatwasser op ecostand

De vaatwasser wast prima schoon op het eco-programma: daar is hij op getest.

  • Kies het eco-programma of zet de temperatuur op 50-55 graden. Veel moderne vaatwassers onthouden je keuze na een paar keer.
  • Geheugensteuntje nodig? Plak een sticker bij de eco-stand of lage temperatuur.
  • Etensresten kun je met de hand of een papiertje wegvegen. De vaat voorspoelen is niet nodig.
  • Zet de machine pas aan als hij echt vol is: dat scheelt een hoop afwasbeurten per jaar.

10. Tweede koelkast weg

Tweede koelkasten zijn meestal oudjes die stroom slurpen. En als er bijna niks in staat, ben je vooral lucht aan het koel houden: zonde.

  • Gebruik je de tweede koelkast omdat de eerste te klein is? Koop dan liever 1 grote, zuinige koelkast waar alles in kan.
  • Gebruik je de tweede koelkast vooral voor feestjes (als bierkoelkast)? Zet hem dan alleen aan als je een feestje hebt en trek de stekker er daarna weer uit.

11. Plak radiatorfolie

Radiatorfolie plak je achter radiatoren die tegen een buitenmuur staan. Zo gaat de warmte de kamer in en niet in de muur.

Wanneer en hoe?

  • Als jouw huis vóór 1992 is gebouwd en geen spouwmuurisolatie heeft.
  • Je plakt het tegen de achterkant van je radiator óf op de muur pal achter de radiator.
  • Plak je het op de radiator? Knip de folie precies op maat van de radiator.
  • Maak een paar wasknijpers vast aan de onderkant van de folie als je hem op wilt hangen; dan blijft die vanzelf strak naar beneden hangen. Je plakt de folie met tape of magneetjes op de radiator.
  • Plak je folie op de muur? Knip hem dan 10 cm minder hoog en breed dan de radiator is, dan zie je de folie niet.

12. Inzicht in je verbruik

Meten is weten! Er zijn allerlei apps en apparaatjes waarmee jij je gas- en stroomverbruik in de gaten kunt houden. Sommige zijn gratis, andere moet je kopen. Vaak kun je er tussenstekkers bij kopen waarmee je precies kunt meten hoeveel stroom een apparaat verbruikt. Zo zie je meteen of jouw koelkast energie slurpt en welk apparaat in standby toch veel stroom verbruikt.

Tenslotte: eens kijken hoe groot je eigen CO2-voetafdruk is? Doe dan de test

UPDATE 1
Goed voor het klimaat en voor de bio-diversiteit :
Doe dit najaar eens NIKS in de tuin

 

Vorig bericht
Volgend bericht